Straten en locaties Gytsjerk

De verbindingsweg van Leeuwarden naar de Trynwâlden, die loopt over Lekkum en Miedum naar Gytsjerk  heet vanaf Lekkum:  de Canterlandse weg. 
Leden van twee Groningse regeringsgeslachten met de naam Canter speelden in de 16de en 17de eeuw  in Fryslân een vooraanstaande bestuurlijke rol.  De Friese tak van het ene geslacht begint bij Jacob Canter, die burgemeester van Leeuwarden was van in 1501 en 1526. Mede door hun invloed  verwierven ze ook veel bezittingen en land  in het gebied tussen Lekkum en de Trynwâlden. Voordat de weg door di

Cornelis Wielsma (Joure 1845 - Grou 1922) was onderwijzer en schrijver.
Hij was lange tijd een centrale figuur in het dorpsleven van Grou. Eén van de humoristisch-satirische volkschrijvers met het meeste talent.
Hij schreef kindergedichten, rijmen en voordrachten en was voorzitter van het ' Selskip 1844 '.

Cornelis Wielsma (De Jouwer 1845 - Grou1922) wie ûnderwizer en skriuwer.
Hy wie lange tiid in sintrale figuer yn it doarpslibben fan Grou. Ien fan de humoristysk-satiryske folksskriuwers mei it measte talint.
Hy skreau bernegedichten, rimen en fo

Everwinus Wassenbergh (Lekkum1742 - Frjentsjer 1826) groeide op in Lekkum waar zijn vader predikant was.
Van 1771 tot zijn overlijden in 1826 was hij verbonden aan de Franeker universiteit. Een belangrijk werk van zijn hand heeft de titel: Bijdrage tot een Idioticon Frisicum, of verzameling van woorden en spreekwijzen, den Friezen in het bijzonder eigen.
Reeds in 1790 kwam hij met plannen die hebben geleid tot de oprichting in 1827 van het latere Prov. Fries Genootschap. Als taalgeleerde heeft hij met zijn oraties en publicaties veel bijgedragen tot een grotere waardering voor het Fri

Obe Piters Postma (Koarnwert 1868 - Ljouwert 1963) was een vooraanstaand dichter.

Obe Postma, opgegroeid op een boerderij, werkte na zijn studie als leraar bij het middelbaar onderwijs. Zijn debuut als dichter verscheen in 1902 in het tijdschrift Forjit my net ("Vergeet mij niet").
Na zijn pensioen in 1933 verhuisde hij naar Leeuwarden, waar hij vele publicaties over het Friese land en zijn bewoners, door de tijden heen, het licht deed zien.
Op zijn zerk staat te lezen "Dichter fan it Fryske lân" .

Obe Piters Postma (Koarnwert 1868 - Ljouwert 1963) wie in foaroan

Eeltje Hiddes Halbertsma (Grou 1797 – Grou 1858) was arts en schrijver. Hij studeerde medicijnen in Leiden en Heidelberg en werd in 1818 huisarts in Purmerend. Twee jaar later verhuisde hij naar zijn geboorteplaats Grou. Hij bleef daar huisarts tot 1853. Als schrijver en letterkundige verzamelde hij verhalen uit de Friese mythologie, die door zijn broer Justus werden gepubliceerd. In 1822 publiceerden de broers Lapekoer van Gabe-Scroar , een verzameling van verhalen en liedjes, die door henzelf waren gedicht of bewerkt in het Fries. Halbertsma schreef verder onder andere De âlde

Eliza Posthuma (Ryptsjerk 1921 – Gytsjerk 1981) was schrijver van toneelstukken.
In een krantengesprek jaren geleden geeft hij aan: " Al lang heb ik in mijn hoofd gehad een toneelstuk te schrijven. Ieder mens had zo zijn fantasieën. Door mijn werk kwam ik bij velen over de vloer; ik hoorde vele verhalen, weet van veel conflictsituaties. Verhaaltjes had ik wel, maar dan heb je nog geen stuk. Met goede raad en aanwijzingen, die ik heb gehad, kun je een toneelstuk schrijven dat er mag zijn. En dat dan goed wordt ontvangen. Dat geeft dan de moed om nog eens een stuk te schrijven.<

Fedde Schurer ( Drachten 1898 - Hearrefean1968) was onderwijzer, dichter en journalist..
Hij volgde een onderwijzersopleiding en zijn eerste aanstelling als onderwijzer kreeg hij op dezelfde lagere school waar hij zelf ook op gezeten had.
Daarnaast was hij journalist en zat hij voor de Christelijk-Democratische Unie en de Partij van de Arbeid in de landelijke volksvertegenwoordiging. Vanaf de jaren twintig- 1920 - ontwikkelde Fedde Schurer zich als christelijk pacifist. Hij richtte een afdeling op van Kerk en Vrede.
Door Schurers scherpe hoofdartikelen verwierf de Heerenveense Koer

De namen van de Frisiusstritte en Van Meijerstrjitte verwijzen naar twee adellijke families in Gytsjerk. Ze bewoonden en waren eigenaar van de state “Poelszicht” en het buitengoed “Buitenrust”.
Er ontstond een familieband, toen enkele huwelijken wederzijds zorgden voor verwantschap.
In 1738 werd Dr. Franciscus Frisius (1659-1744) - oudste Advocaat voor het Hof van Friesland en Gecommitteerde ten Landsdage - eigenaar van de state Poelzicht. Ook was hij al sinds 1722 eigenaar van het "buitengoed" Buitenrust, een huis gelegen ten westen van Poelsicht. Daarna, in 1

Gysbert Japiksstrjitte Gysbert Japicx (Boalsert 1603 – Boalsert 1666) is een renaissanceschrijver, die wordt gezien als de grondlegger van het Fries als geschreven taal. Hij is een van de historische onderwerpen in de Canon van Fryslân.

Gysbert Jabiksstrjitte Gysbert Japicx (Boalsert 1603 – Boalsert 1666) is in Fryske renêssânseskriuwer, dy 't sjoen wurdt as de grûnlizzer fan it Frysk as skreaune taal. Hy is ien fan de histoaryske ûnderwerpen yn de Canon van Fryslân.

tekst Dirk Laverman, Gytsjerk

Na de totstandkoming van het kerkgebouw omstreeks 1280 woonden op de westelijke zandrug van de Trynwâlden niet meer dan een 50 tot 70 mensen, eerst verspreid aan de doorgaande paden/reden en nadien vooral rondom het kerkgebouw, waarachter ook de lagere school stond. Het oorspronkelijke dorp is hier ontstaan en de naam Gatzerka (kerk van het dorp) waarschijnlijk ook. Later kreeg deze omgeving de naam GiekerkerHoek, hier woonden in ongeveer vijftig huizen het merendeel van de Gytsjerksters

Nei it ta stân kommen fan it tsjerkegebou om 1280 hinne wennen op de westlike s&acir

Jan Herman Riemersma was van 1895 tot 1925 onderwijzer aan de lagere school in Gytsjerk, daarvoor was hij dat veertien jaar in Tytsjerk.
Geboren in 1860 te Menaldum bleef hij na zijn pensionering in ons dorp aan de Canterlandse weg wonen tot zijn overlijden in 1942.
Hij maakte zich zeer verdienstelijk op maatschappelijk gebied, had grote belangstelling voor Frieslands verleden en publiceerde in diverse tijdschriften veelal populair wetenschappelijke artikels. Ook was hij medewerker bij enkele dagbladen.

Jan Herman Riemersma wie fan 1895 oant 1925 ûnderwizer oan

Deze naam is bedacht voor de verbinding van de Rinia van Nautaweg naar het parkeerterrein van vervoersbedrijf Gosliga.

Dizze namme is betocht foar de ferbining fan de Rinia van Nautawei nei it parkearterrein fan ferfiersbedriuw Gosliga.

Tekst Dirk Laverman, Gytsjerk

Met veel bochten loopt vanaf de GytsjerksterHoeke deze met klinkers bestrate weg naar de eendenkooi van Buisman. Het is een van de oudste wegen van Gytsjerk, want al in 1618 – zie Gerard Mast /Eendenkooien in Friesland - was er een verbinding naar de toen reeds aanwezige eendenkooi. Ook de vele plaatselijke boeren maken nu ook nog gebruik van deze weg om bij hun hooilanden te komen die westelijk van de eendenkooi liggen

Mei in soad bochten rint fan de GytsjerksterHoeke ôf dizze mei klinkers bestrate dyk nei de einekoai fan Buisman. It is ien fan de âldste diken fan

Hartman Sannes (Sint Annaparochie 1890 – Gytsjerk/Leeuwarden 1956) was een Friese onderwijzer, historicus en schrijver.
Hij was van 1918 tot 1934 schoolhoofd in Kooten. In 1934 beëindigde hij vanwege zijn gezondheid zijn loopbaan binnen het onderwijs.
Daarna legde hij zich volledig toe op zijn activiteiten als historicus. Zo verzamelde hij de gegevens van duizenden Friese schoolmeesters uit de periode tussen 1600 en 1950.
Hartman Sannes voornaamste werk betreft de ontstaansgeschiedenis van de gemeente Het Bildt. Hij woonde na zijn pensionering bij zijn moeder in Gytsjerk

Vanaf de in ± 1967 aangelegde Trynwâldsterdyk naar oostelijke richting, waar de Kaetsjemuoiwei in Oentsjerk begint, liep vroeger de Achterdyk. Tegenwoordig heet vanaf de Viersprong de gehele weg: Nieuwe Straatweg.

Fan de yn 1967 oanleine Trynwâldsterdyk nei eastlike rjochting, dêr 't de Kaetsjemuoiwei yn Oentsjerk begjint, rûn eartiids de Achterdyk. Hjoed-de-dei hjit fan de Fjouwersprong ôf de hiele dyk: Nieuwe Straatweg.

Tekst Dirk Laverman, Gytsjerk